Aan tafel bij BNR Zakendoen met….

Op maandag 7 november had ik het genoegen aan te mogen schuiven aan de tafel van Frits Huffnagel en Eugène Roorda tijdens het BNR programma Zakendoen met……. Ook aan tafel zat Hans de Boer voormalig voorzitter MKB Nederland en inmiddels ook toezichthouder bij onder andere Siemens Nederland en de KNGF. De titel van mijn boek ‘Drama in de Boardroom’ sprak hem niet zo aan want ‘daar waar hij als voorzitter fungeert zijn er geen drama’s’. Ik kon hem even in herinnering roepen dat er bij Rochdale, Woonbron en Phildaelphia wel degelijk sprake was van drama. Daarbij vergat ik de drama’s bij DSB en Ahold. Dat gaf Hans de Boer helaas wel de gelegenheid om de stelling te poneren dat bij charitatieve en non-profit instellingen de raden van toezicht minder goed zouden functioneren omdat men daar minder ‘hard’ zou zijn dan bij een ‘normaal bedrijf'(!).

Op de vraag van Frits Huffnagel wat er voor commissarissen zou moeten veranderen gaf ik als antwoord dat de bewijslast omgedraaid zou moeten worden. In geval van een debacle bij een organisatie waar een raad van commissarissen fungeerde zijn de commissarissen dan per definitie aansprakelijk tenzij men aan kan tonen datgene  te hebben gedaan wat van een (goede) commissaris mag worden verwacht (aanwezigheid, vragenstellen, doorvragen, bedrijfsbezoeken etc.). Hierop reageerde Hans de Boer nogal fel omdat het in zijn ogen zou leiden tot bureaucratisering en risicomijdend gedrag van commissarissen. Maar volgens mij zal dit er toe kunnen leiden dat de zo broodnodig geachte professionalisering van het commissariaat versneld kan worden bereikt. Commissarissen die het toezichthouden als een erebaantje zien zullen bij een werkelijk toegenomen aansprakelijkheid zich bedenken en afzien van het commissariaat. Een dergelijke maatregel zal waarschijnlijk meer effect hebben dan een beperking van het aantal commissariaten.

Voor het gehele interview zie BNR-Interview John van der Starre-1

Over de scheiding van Controle en Advies

PwC voorzitter Robert Swaak wil graag uitleggen wat de feiten rond de adviesverlening van

accountants aan controle cliënten zijn (FD 30 september 2011).

In 2010/2011 declareerde PwC bij beursgenoteerde bedrijven €52 miljoen en hiervan was slechts €9 miljoen advieswerk. Dat is een kleine 17% en ten opzichte van andere kantoren niet bijzonder hoog. Maar interessant is om te weten of de in 2009 geconstateerde trend is voortgezet. In 2009 waren de auditkosten namelijk als percentage van het totale honorarium iets gestegen, dankzij een flinke afname van de kosten voor overig advies (zie voor het originele artikel de Accountant van oktober 2010 http://goo.gl/QX1VP.)

De verklaring was toen dat er sprake was van  een verminderde afname van adviesdiensten als gevolg van de economische crisis. Dat is waarschijnlijk in 2010 niet veranderd. Dan zou het voor de hand liggen dat de advieskosten als percentage van het totale honorarium wederom gedaald zijn.

In het lijstje uit de Accountant met de honoraria bij beursfondsen in 2009, scoorde PwC niet extreem. Maar er waren accountantskantoren bij wie het aandeel advies meer dan 25% van  het totale honorarium was. Hoewel er ongetwijfeld, zoals Swaak stelt ,‘checks and balances’ rond die opdrachten zullen zijn zal de leek toch vraagtekens plaatsen bij de onafhankelijkheid van de accountant in die situaties. En het ging toch ook om het verbeteren van het vertrouwen dat men in de accountant mag stellen? Vraagtekens helpen dan niet: Onafhankelijkheid in wezen en schijn!

 

(meer…)